Overlastgevende windmolens aangepakt via het huurrecht
Overlastgevende windmolens aangepakt via het huurrecht
De Haagse kantonrechter verbood in een recente opmerkelijke uitspraak de (af)bouw van een windmolenpark op het voormalige werkeiland Neeltje Jans. Voor de bouw van het nieuwe windpark waren de benodigde vergunningen afgegeven. De exploitant van het eveneens op Neeltje Jans gevestigde themapark, vreesde grote negatieve invloed en overlast en had tevergeefs bezwaar gemaakt. De bestuursrechter liet het vergunningenbesluit in stand. De bouw van de windmolens kon dus van start. Of toch niet?
De exploitant van het themapark had echter nog een troefkaart: het civiele recht. Het is al jaren vaste rechtspraak dat het verkrijgen van een vergunning niet betekent dat de vergunninghouder alles maar mag doen. Civielrechtelijke belangen moeten ook worden gerespecteerd. Zo beriep een aantal buren van een met bouwvergunning gebouwde studentenflat in Groningen zich eind 2016 met succes op het burenrecht. De rechter was het met hen eens dat de flat (en de bewoners) onrechtmatige hinder veroorzaakten en oordeelde dat de eigenaar van de studentenflat deze moest afbreken.
In deze kwestie beriep de exploitant van het themapark zich eveneens met succes op zijn rechten als huurder. Hij huurt zijn terrein namelijk van de Nederlandse staat. Op grond van de wet een verhuurder instaan voor het ongestoord huurgenot van de exploitant. Het terrein moet dus goed kunnen worden gebruikt voor het doel waarvoor het is gehuurd: het uitbaten van een attractiepark. Dat betekent onder meer dat de verhuurder moet voorkomen dat de huurder wordt belemmerd in zijn bedrijfsvoering door hinder vanwege gedragingen van de verhuurder of gedragingen van derden waar de verhuurder invloed op heeft en die hij zou kunnen voorkomen.
Dat laatste speelde hier. De Staat is niet alleen verhuurder van het attractiepark, maar ook eigenaar van het terrein waar de windmolens werden gebouwd. Door als eigenaar toestemming te geven voor het plaatsen en handhaven van de windmolens op dat terrein, handelde de Staat in strijd met zijn verplichtingen als verhuurder. De kantonrechter gebood daarop de Staat daarom de verleende toestemming voor de bouw en handhaven van de windmolens in te trekken en de bouw stil te leggen. Don Quichot wint in Zeeland soms dus wel!
Bij bouwplannen dient in relatie tot de buren dus niet alleen met de publiekrechtelijke vergunningen, maar ook met het civiel recht rekening te worden gehouden.
Hebt u vragen over huurrecht, burenrecht of vergunningen? Neemt u dan gerust contact op met een van onze advocaten vastgoedrecht.