Toe-eigening goodwill zonder vergoeding
Toe-eigening goodwill zonder vergoeding
Goodwill wordt in het algemeen gezien als de verdiencapaciteit van een onderneming. Over de juridische kwalificatie van goodwill bestaat echter geen eenduidige mening. Duidelijk is dat het geen zaak is en (volgens de Hoge Raad) geen vermogensrecht. Toch worden in de praktijk flinke bedragen betaald voor goodwill en bestaat ook een recht op bescherming van goodwill. Dit werd ook weer duidelijk in een procedure die twee voormalig artsen van het failliete Ruwaard van Putten Ziekenhuis aanspanden.
Wat was het geval? Na het faillissement van het Ruwaard van Putten Ziekenhuis sloten de curatoren een overeenkomst met Spijkenisse Medisch Centrum inzake de verkoop van de onderneming van het ziekenhuis. Onderdeel van de afspraken was dat de doorstarter mocht beslissen welke overeenkomsten met artsen hij zou overnemen. De twee artsen in kwestie kregen een arbeidsovereenkomst voor zes maanden. Na afloop van deze periode kregen zij geen nieuwe overeenkomst, maar nam de doorstarter drie jonge artsen in dienst, die feitelijk de praktijk overnamen.
De twee artsen die geen nieuwe overeenkomst kregen stelden dat de doorstarter en de nieuwe artsen zich zonder rechtvaardigingsgrond de goodwill van hun praktijk hadden toegeëigend en vorderden een vergoeding.
De rechtbank stelde vast dat de goodwill van de praktijk van de twee artsen zonder enige betaling of overeenkomst was overgegaan op de doorstarter en de drie nieuwe artsen. Omdat daar geen rechtvaardiging voor bestond, oordeelde de rechtbank dat sprake was van ongerechtvaardigde verrijking en wees zij de vordering toe.
Goodwill wordt door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens aangemerkt als eigendom die op grond van artikel 1 van het eerste protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens wordt beschermd. In Nederlandse jurisprudentie, waaronder voormelde uitspraak, blijkt dat goodwill inderdaad een zekere bescherming geniet. Geen vermogensrecht dus, maar wel het beschermen waard.