Aansprakelijkheid voor het aanvragen van een faillissement
Aansprakelijkheid voor het aanvragen van een faillissement
Indien een schuldenaar failliet wordt verklaard op verzoek van een schuldeiser, dan kan de schuldenaar in hoger beroep gaan.
Als de rechter in hoger beroep het faillissement vervolgens vernietigt, dan is er inmiddels een periode verstreken waarin de betrokkene in staat van faillissement verkeerde. Dat heeft vanzelfsprekend grote gevolgen. Het bedrijf komt stil te liggen, opdrachten vallen weg, betalingen kunnen niet meer worden uitgevoerd, etc.
De Hoge Raad heeft eind 2020 geoordeeld over de vraag of de aanvrager in dat geval aansprakelijk is voor de hieruit voortvloeiende schade. Was het aanvragen van het faillissement onrechtmatig tegenover de schuldenaar en heeft die recht op een schadevergoeding? De Hoge Raad meent dat de aanvrager in een dergelijk geval niet aansprakelijk is, omdat het uitspreken van het faillissement een beslissing is die de rechter neemt ten behoeve van alle schuldeisers die bij de zaak belang hebben en niet alleen de aanvrager.
Een aanvrager is in voorkomend geval wel aansprakelijk als hij wist of behoorde te weten dat er geen grondslag bestond voor het uitspreken van het faillissement of als misbruik is gemaakt van de bevoegdheid om het faillissement aan te vragen. Het aansprakelijkheidsrisico is dus door de Hoge Raad beperkt, maar voorzichtigheid blijft wel geboden.